Cluster Hoofdpijn dag
Daarom hebben we wat feitjes over clusterhoofdpijn bij vrouwen op een rijtje gezet. Wist je bijvoorbeeld dat:
- Clusterhoofdpijn zich bij vrouwen vaak anders presenteert dan bij mannen? Zo is er bij vrouwen vaker sprake van langere aanvallen en bewegingsdrang.
- Vrouwen vaker chronische clusterhoofdpijn hebben ten opzichte van mannen. Mogelijk is dit omdat episodische clusterhoofdpijn minder snel bij vrouwen herkend wordt?
- Bij vrouwen een episode met aanvallen gemiddeld langer duurt en er dus ook meer onderhoudsmedicatie moet worden gebruikt?
- Vrouwen met clusterhoofdpijn vaker een familielid met clusterhoofdpijn hebben?
- Bij vrouwen de aanvallen vaker op voorspelbare tijden optreden en er vaker een dag-nachtritme is?
- Vrouwen andere triggers voor het ontstaan van een aanval hebben? Zo is bij vrouwen het drinken van alcohol minder vaak een trigger, terwijl slaaptekort juist vaker dan bij mannen een aanval kan triggeren.
Bij onze veelgestelde vragen vind je nog veel meer informatie over clusterhoofdpijn.
Veelgestelde vragen
Migraine
-
Er bestaan duidelijke vastgestelde criteria op basis waarvan migraine vrijwel altijd goed te onderscheiden is van twee andere belangrijke vormen van hoofdpijn: spanningshoofdpijn en clusterhoofdpijn.
Bij spanningshoofdpijn hebben patiënten meestal last van een drukkende hoofdpijn, vaak als een strakke band om het hoofd. Er zijn, in tegenstelling tot bij migraine, weinig tot geen begeleidende verschijnselen. Al suggereert de naam anders, spanningshoofdpijn heeft niets te maken met het hebben van spanningen of stress. De naam is een ongelukkig overblijfsel toen men dacht dat deze vorm van hoofdpijn veroorzaakt werd door spanningen of stress. Inmiddels is aangetoond dat dit niet het geval is. Wel kan spanningshoofdpijn omgekeerd leiden tot stress, bijvoorbeeld omdat patiënten zich belemmert voelen in hun dagelijkse bezigheden door de hoofdpijn.
Vaak wordt ten onrechte de term spierspanningshoofdpijn gebruikt. Spanningshoofdpijn kan namelijk samengaan met gespannen spieren in de nek of schouders, maar dit is een bijkomend verschijnsel en niet de oorzaak van de hoofdpijn. Wat wel de oorzaak van spanningshoofdpijn is, is helaas onbekend. Fysiotherapie leidt bij spanningshoofdpijn hooguit tot een beter verdragen van de klachten, maar niet tot het weghalen van de oorzaak.
Clusterhoofdpijn is een zeldzame maar ernstige vorm van hoofdpijn met aanvallen van extreem heftige, strikt éénzijdige pijn, meestal rondom, achter, naast of boven één oog, die elk tussen de 15 min en 3 uur kunnen duren. Naast de pijn zijn er begeleidende verschijnselen in het gelaat, zoals onder meer een rood, tranend oog en een verstopte neus of loopneus. Tijdens een aanval moeten patiënten vaak, in tegenstelling tot bij migraine, heftig bewegen. Aanvallen treden meestal in clusterperiodes op van enkele weken tot maanden, gedurende welke patiënten meerdere aanvallen per dag kunnen hebben. Vaak treden de aanvallen ook ’s nachts op waardoor ook ernstig slaapgebrek kan optreden. Deze clusterperiodes worden afgewisseld met aanvalsvrije periodes van enkele maanden tot jaren.
Bij één op de vijf patiënten met clusterhoofdpijn zijn er geen aanvalsvrije periodes en blijven de aanvallen (vrijwel) elke dag terugkomen. Deze chronische clusterhoofdpijn wordt helaas zelden herkend. Clusterhoofdpijn, mits herkend, is veelal goed te behandelen met specifieke medicijnen.
-
Er zijn enkele aandoeningen die in de verte op clusterhoofdpijn kunnen lijken, bijvoorbeeld op tandheelkundig of kno-gebied. Ook acuut glaucoom geeft een eenzijdige, hevige pijn rond een oog, waarbij het oog ook rood kan worden. Bij vrijwel al deze aandoeningen ontbreekt echter het typische aanvalsgewijze karakter en het typische tijdspatroon van clusterhoofdpijn.
Clusterhoofdpijn behoort tot een groep van ziektebeelden die TACs (Trigeminal Autonomic Cephalalgias) genoemd worden. Andere ziektebeelden die tot deze groep horen zijn paroxysmale hemicrania, SUNCT en SUNA.
Paroxismale hemicrania is zeldzaam en wordt ook wel een ‘zusje’ van clusterhoofdpijn genoemd. De aanvallen lijken op die van clusterhoofdpijn, maar er zijn enkele belangrijke verschillen. Aanvallen van paroxismale hemicrania zijn korter (2-30 minuten), treden veel vaker op (tot wel dertig maal per dag) en zijn niet op voorspelbare tijdstippen. Ook moet een zeer goede respons zijn op behandeling met indometacine om de diagnose te mogen stellen.
Het zeer zeldzame SUNCT of SUNA onderscheidt zich van clusterhoofdpijn en paroxismale hemicrania doordat de aanvallen nog vaker voorkomen (tot wel tweehonderd keer per dag) en zeer kort duren (5-240 seconden). SUNCT en SUNA staan voor “Short-lasting Unilateral Neuralgiform headache with Conjunctival infection and Tearing” en “Short-lasting Unilateral Neuralgiform headache with autonomic symptoms”. Aanvallen kenmerken zich door een kortdurende hevige hoofdpijn, gelokaliseerd aan één kant van het hoofd die gepaard gaat met rode, tranende ogen. Meestal komt de hoofdpijn in aanvallen van zware hevige steken. De aanvallen duren vaak niet langer dan een paar seconden tot minuten waarna de hevige steken weer weg trekken.
-
Migraine komt drie keer vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. Schommelingen in geslachtshormonen lijken in dit verschil tussen vrouwen en mannen een belangrijke rol te spelen, maar over de exacte rol van deze hormonen is nog niet veel bekend. Wat we weten is dat hormoonschommelingen de drempel voor het optreden van een migraine aanval kunnen beïnvloeden. Zo hebben vrouwen rondom de menstruatie en tijdens de overgang opvallend veel last van migraine. Zwangerschap, het geven van borstvoeding en de postmenopauze beschermen in veel gevallen tegen migraine. Aanvallen die rondom de menstruatie optreden zijn vaak heviger en langduriger dan aanvallen buiten deze periode. Ook reageren menstruatie-gerelateerde aanvallen vaak minder goed op een aanvalsbehandeling. Het is op dit moment niet mogelijk om in te grijpen op de vrouwelijke hormoonhuishouding als behandeling voor migraine.
De WHAT-study onderzoekt de rol van (vrouwelijke) geslachtshormonen bij migraine verder.
Cluster hoofdpijn
-
Clusterhoofdpijn is een relatief zeldzame, aanvalsgewijze hoofdpijnaandoening. De aanvallen bestaan uit strikt eenzijdige, zeer hevige, borende of stekende pijn, rondom of achter een oog. Tijdens een aanval zijn er vaak ‘autonome’ verschijnselen aan de kant van de pijn zoals een tranend oog, een rood oog, een verstopte neus of loopneus, een verkleinde pupil of hangend ooglid (syndroom van Horner). Vaak is er ook een hevige bewegingsdrang. De aanvallen duren tussen de 15 tot 180 minuten en komen opvallend vaak ‘s nachts voor. Vaak komen de aanvallen in ‘clusters’ van weken tot maanden waarbij er 1-8 aanvallen per dag kunnen zijn. Tussen deze clusterperiodes door is er vaak een periode van aanvalsvrijheid van maanden tot jaren.
-
Waardoor er een clusterhoofdpijnaanval precies ontstaat, is helaas nog steeds niet duidelijk. De activiteit van de hersenen tijdens clusterhoofdpijn aanvallen is in beeld gebracht met behulp van PET-CT scans (positron emissie tomografie), een vorm van radioactief beeldvormend onderzoek. Hierbij was te zien dan tijdens een aanval overactiviteit optreedt in een diepe hersenkern, de hypothalamus. Deze hersenkern is een erg belangrijk gebied betrokken bij het biologische ritme, slaapregulatie en de hormoonhuishouding. Verder weten we dat tijdens een aanval hoge concentraties van het eiwit ‘CGRP’ vrijkomen. Dit ontstekingseiwit zorgt er onder andere voor dat de bloedvaten verwijden. Waarom dit eiwit vrijkomt, is nog onduidelijk. Of medicatie gericht tegen het CGRP eiwit werkt tegen clusterhoofdpijn is nog niet gebleken.
Een andere theorie is dat clusterhoofdpijn ontstaat door een vaatverwijding van de interne halsslagader (a. carotis interna) in het kanaal dat door het bot loopt naar de hersenen toe (canalis caroticum), waardoor druk komt te staan op van de vezels van de vijfde hersenzenuw (nervus trigeminus) en zenuwen van het ‘niet bewuste’, oftewel autonome zenuwstelsel.
-
Bij verreweg de meeste mensen met clusterhoofdpijn treden de aanvallen vaak steeds in dezelfde periodes op (bijvoorbeeld steeds in de lente en/of herfst). Hierdoor wordt verondersteld dat chrono-biologische factoren een belangrijke rol spelen. Dit zijn mechanismen in de hersenen die ervoor zorgen dat bepaalde activiteiten in de hersenen en de rest van het lichaam een zeker ritmisch patroon hebben. Voorbeelden hiervan zijn het slaap-waakritme (de verschillende fases van de slaap) en het ritme van uitscheiding van bepaalde hormonen en andere stoffen in het lichaam, seizoen variaties in de stemming en het gedrag van mensen. Het is echter nog niet bekend hoe deze factoren een rol spelen bij het ontstaan van clusterhoofdpijn, en of een hierop gebaseerde therapie zou kunnen werken.